De straat als podium, hoe voelt dat? Hagenees Arne Haverschmidt is straatmuzikant in hart en nieren. Misschien ben je hem met zijn gitaar tegengekomen in de straten van Den Haag. Zijn grote passie is flamencomuziek, waar hij zijn hele leven aan wijdt. Dat betekent bijna elke dag optreden voor een publiek dat geen entree betaalt.
Waar kunnen we jou tegenkomen?
Ik treed vaak op bij het Koningsplein. Daar zie ik jonge kinderen spelen en expat-ouders met elkaar kletsen. Soms ben ik ook in de Weihmarstraat en op en rond de Boulevard van Scheveningen. Daar speel ik voor iedereen: de moslimbroers die naar het gebed gaan, mensen in pak op weg naar het werk en mannen in overals die laden en lossen. Soms speel ik voor de toeristen op de terrassen. Als ik daar met de pet rondga, zit er aan het einde weleens tien euro in.
Om rijk te worden hoef je het dus niet te doen?
Wat ik verdien is niet genoeg om van te leven, maar ik heb momenteel een uitkering. Daarvan spendeer ik een groot deel aan Flamenco. Ik zing in een koor van een Spaanse docente waar ik de taal van binnenuit leer kennen. Daarnaast heb ik danslessen genomen. Ik danste de Sevillana, een volksdans uit Andalusië, die verwant is aan de Flamenco. Vanwege een slechte enkel doe ik dat helaas niet meer, maar het heeft me geholpen bij het leren van de gitaarpartijen. Ik weet nu hoe de motoriek van de Flamenco is opgebouwd.
Hoe word je straatmuzikant?
Ik ben erin gerold toen ik voor het eerst gipsyjazz en rumba hoorde bij een groep zigeuners. Toen ze doorhadden dat ik interesse in hun werk had, werd ik bij de groep gevraagd om de basis te leren. Nadat de aanvoerder overleed, heb ik lange tijd zijn zoon ondersteund. Dankzij zijn hulp leerde ik de abanico, een slag waarbij geen plectrum wordt gebruikt, maar meerdere vingers. Daarna heb ik workshops in Guitarra Flamenca gevolgd. Het is ‘easy to learn, but difficult to master’.
Wat is er zo bijzonder aan Flamencomuziek?
Flamenco is al zo oud als de gitaar zelf. Het is een heel vruchtbare muziek stroming, waarbij de nadruk op de mens ligt. De dansers, zangers en palmeros, die ritmisch meeklappen… het menselijke aspect is het belangrijkst. Het is bovendien een zeer multiculturele stroming met invloeden afkomstig uit de hele wereld. De basis ligt in de warme landen zoals Spanje en Portugal, maar ook de Arabische wereld en Israël. Veel moslimgezangen klinken een beetje als flamenco.
Wat maak je mee als straatmuzikant?
De mensen die me naar me luisteren, reageren allemaal positief bij het horen van deze toch vrij unieke speelstijl. Ze vinden het vaak zo leuk dat ze me welgemeende complimentjes geven en interesse tonen in mijn werk. Het gebeurt echt zelden dat mensen het niet mooi vinden. Ik heb wel geleerd om niet op geld te rekenen, maar ik waardeer het erg wanneer het publiek iets geeft. Een persoonlijke band met de luisteraar of kijker is echter veel belangrijker. Zo probeer ik altijd oogcontact te maken. Als ik een melodie zing die mooi in het gehoor van de luisteraar ligt, dan verover je de harten van het publiek. Dat is beloning genoeg.